Niek van Uden
Musicus word je niet zo maar. Er zijn momenten dat je gegrepen bent door de muziek; sommige musici kunnen heel duidelijk die ene ervaring aangeven die beslissend was voor hun verdere leven. Voor mij zijn het allemaal kleine puzzelstukjes die in de loop der jaren samen zijn komen te vallen en die mij maken tot de musicus die ik vandaag de dag ben. Lees hieronder verder of bekijk mijn CV.
Prille begin
Het moet begonnen zijn toen mijn ouders muzieklessen volgden. Hij volgde zanglessen, zij speelde elektronisch orgel. Toen ik mijn eerste meters maakte bij hen in de huiskamer kwam ik ook de stereo tegen. Door de koptelefoon kreeg ik de cassettebandjes van mijn vader te horen: Mozart, Jesus Christ Superstar. Pas jaren later realiseerde ik me dat op één van de bandjes die ik toen meermaals gehoord heb, het album Graceland van Paul Simon stond. De eerste song, The boy in the bubble, begint met een accordeonsolo. Ik denk dat dit mijn eerste kennismaking was met mijn latere instrument.
De brede basis
Op de basisschool volgden AMV lessen en uiteindelijk de keuze voor een instrument. Ik viel als een blok voor juf Antje die de accordeonlessen gaf. Na enkele jaren speelde ik mee in het Demian Ensemble onder leiding van haar man Ad de Jong, die met zijn gedreven leiding en muzikale voorkeuren mij sterk beïnvloedde. In die tijd leerde ik de klassieke accordeon kennen via Russische vrienden van hen, de bayanvirtuosen Vjatsjeslav Semjonov en Yuri Sjisjkin, maar ook de opzwepende muziek uit Oost-Europa. Bach, Piazzolla, Oost-Europese dansen en een vleugje Keltische muziek waren in zwang, maar alles binnen de relatief veilige omgeving van muziekschool en eigen ensemble.
Professionele opleiding
Ik ging zowel accordeon aan het Fontys Conservatorium in Tilburg als algemene cultuurwetenschappen aan de Universiteit van Tilburg studeren. In de jaren op het conservatorium bij Ronald van Overbruggen ging ik door op de weg die ik bij Antje op was gegaan. Ik maakte kennis met de moderne Scandinavische accordeonmuziek, maar de oude clavecimble en orgelstukken van componisten als Rameau, Couperin, Bach en Scarlatti en de Russische stukken van Panitski tot Solotarjov en Gubaidulina grepen mij meer dan de andere moderne accordeonmuziek. Ik experimenteerde hier en daar, werd bij vlagen geïnspireerd door masterclasses van grootheden als James Crabb, Geir Draugsvoll en Friedrich Lips, speelde in verschillende samenstellingen Roemeense volksmuziek en Argentijnse tango. In 2006 studeerde ik af met een goed cijfer, de muzikale wereld lag voor mij open.
De ontdekking: folk cultuur
Toch duurde het tot mijn kennismaking met de jamsessies die bij folkmuziek horen, ergens in de nazomer van 2011, dat ik me muzikaal op mijn plek begon te voelen. De eerste stappen in deze springlevende muzikale wereld voelden als thuiskomen. Sindsdien heb ik het gevoel dat ik muzikaal opnieuw aan mijn reis ben begonnen, ik ben gaan componeren, improviseren, nieuwe samenwerkingsverbanden aangegaan. Met vier totaal verschillende muzikanten kwam de neofolkband Té tot stand, waar mijn eigen composities het leeuwendeel van ons repertoire vormen. In 2012 brachten wij de cd “Flamingo’s Gambit” uit, waarmee we inmiddels o.a. in Polen en Canada toerden. Met blokfluitiste Wendy Wouters vorm ik het duo Dans l’air. We beperken ons niet tot alle types blokfluit en concertaccordeon: ook onze stemmen voegen we toe aan de mix: oude klassieke muziek, traditionele folk en eigen composities gaan hand in hand.
De spontaniteit die bij folkmuziek hoort, krijgt nog een extra laag door met regelmaat voor dansers te spelen. De interactie tussen de musici op het podium en de dansers in de zaal is een zeer groot en wezenlijk onderdeel van deze balfolk. De balfolkcultuur is in Nederland een kleine, maar zeer actieve subcultuur. Deze beperkt zich niet tot Nederland, maar wordt door de actieve deelname van het publiek over de landsgrenzen verspreid. Gezien de oorsprong van veel van de muziek en de dansen is het niet gek dat deze cultuur door heel Europa te vinden is. Door mijn eigen actieve deelname als musicus en danser – in workshops en jams, concerten en festivals – heb ik ook internationaal mogen kennismaken met zowel publiek als musici. Van Tsjechië tot Frankrijk en zelfs tot in Canada heb ik mogen deelnemen aan balfolk. Deze ontmoetingen werken voor mij als een grote inspiratiebron.
Zo ben ik de veelzijdige accordeonist geworden die ik vandaag de dag ben, die klaarstaat voor allerlei verschillende muziekstijlen, maar ook altijd op zoek is naar de ontmoeting met mensen, of dit nu zijn collega’s, leerlingen of dansers zijn. De ontmoeting in muziek is een prachtig moment en een speelse manier om elkaar uit te nodigen en het leven te vieren.
Wil je meer weten over de persoon achter de musicus, dan kan je hier verder lezen.